Deze vijf instellingen wijzig ik altijd meteen bij de set-up van een nieuwe tv
Geef die afstandsbediening maar hier

Wanneer de gemiddelde gebruiker een nieuwe tv koopt, uitpakt en installeert, begint die daarna gewoon te kijken naar hun favoriete series en films. Tegenwoordig moet je eerst nog even inloggen in een arsenaal aan streamingdiensten, maar dat zou niet al te lang mogen duren. Toch is het verstandig om daar niet te stoppen.
Elke fabrikant heeft andere standaardinstellingen voor hun tv's en soms verschillen die zelfs per type tv. Als je de beste tv's van LG, Samsung en Philips aanzet zonder iets aan te passen, kan de beeldkwaliteit sterk verschillen. Daarnaast zijn er sommige instellingen standaard ingeschakeld, terwijl die de beeldkwaliteit vaak niet ten goede komen. Als jouw tv-afstandsbediening ooit in mijn handen terechtkomt, zijn dit de vijf instellingen die ik meteen zou controleren en al dan niet aanpassen.
Weg met motion smoothing
Vergis je niet: motion smoothing is een uitvinding van de duivel. Het is een afschuwelijke functie die van elke tv zou moeten verdwijnen als je het mij vraagt. Elke fabrikant heeft een eigen naam voor hun motion smoothing (soms ook bewegingsoptimalisatie genoemd): LG noemt het TrueMotion, Sony gaat voor Motionflow en Samsung verpakt het als Auto Motion Plus.
Technisch gezien kan motion smoothing ervoor zorgen dat snelle panning shots in sommige films en series er wat gelikter uitzien. Maar het is het gewoon niet waard. Televisies hebben vaak schuifregelaars voor bewegingsoptimalisatie die op de laagste instellingen bijna acceptabel zijn. Bijna. Maar als je motion smoothing maximaal instelt, krijg je direct te maken met een vervelende visuele ervaring waardoor zelfs de meest cinematografische meesterwerken naar de knoppen gaan.
Door frames kunstmatig af te vlakken, kom je al gauw terecht bij die vreselijke versie met 48 frames per seconde van The Hobbit: An Unexpected Journey. Daar wordt niemand echt gelukkig van.
Onderdruk de ruisonderdrukking
Bij de meeste tv's staat de ruisonderdrukking standaard op Auto. Hoewel ruisonderdrukking kan helpen bij het verminderen van beeldruis in oudere films betekent de komst van digitaal filmmaken dat de meeste moderne films er al erg schoon uitzien.
Wat doet die ruisonderdrukking op je tv dan? Tenzij je het uitschakelt, verlies je belangrijke details in je favoriete films. De kans is ook groot dat bewegingen op het scherm waziger lijken als je deze functie inschakelt. Daarom zet je dit beter meteen uit.
Krijg dagelijks inzicht, inspiratie en aanbiedingen in je inbox
Meld u aan voor het laatste nieuws, recensies, meningen, toptechnologiedeals en meer.
Scherper hoeft echt niet hoor
Vrijwel alle moderne tv's kunnen beelden van een lagere resolutie scherper maken. Als je dan bijvoorbeeld een oude serie in HD (720p) kijkt, zorgt de tv ervoor dat de beeldkwaliteit kunstmatig verhoogd wordt. De scherpte van een toch al haarscherp, native 4K-beeld verhogen, is daarentegen niet nodig.
Als je 4K-films op Blu-ray bekijkt, in 4K streamt op Netflix of PS5-games speelt, zet die verscherpingsinstelling dan op nul. Anders creëer je alleen maar onnodige, kunstmatige beeldinformatie.
Vivid Mode in de vuilnisbak
Dit punt is eigenlijk een kwestie van persoonlijke smaak en ik ben me ervan bewust dat sommigen het oneens zullen zijn. Sommige fabrikanten, waaronder LG, kiezen voor "vivid" of "levendig" als standaardmodus in de beeldinstellingen van hun tv's. De ene levendige instelling is de andere niet, maar over het algemeen zie je een oververzadigd beeld met agressieve kleuren die aanvoelen als een bombardement op je netvlies.
Zelfs de eco-modus, waarover verderop meer, is voor mij aangenamer om naar te kijken dan deze levendige instellingen. Vooral Vivid Mode op LG-tv's is erg overdreven en vaak onrealistisch. Toen ik de Barbie-film keek in deze modus, zag het eruit alsof de roze gebouwen, auto's en outfits eerst in een vat nucleair afval gedumpt waren. Zelfs in de wereld van Barbie bestaat er dus iets als té roze.
Filmmaker Mode is mijn favoriet en is ook op bijna elke degelijke moderne tv aanwezig. Kleuren zijn nauwkeuriger met deze instelling, terwijl nabewerking wordt uitgeschakeld om het beeld te tonen zoals de regisseur het voor ogen had. Veel Hollywood-regisseurs hebben hun goedkeuring gegeven aan deze instelling en hij is steeds makkelijker te vinden. LG, Panasonic, Philips, TCL en Hisense hebben allemaal tv's met deze modus en er is nu zelfs een Dolby Vision Filmmaker-modus voor films met Dolby Vision HDR. Als je tv deze modus niet heeft (of je deze te donker vindt), ga dan op zoek naar de algemene cinema-modus voor een soortgelijke ervaring.
Energie besparen doe je maar op andere manieren
Dit laatste is misschien niet goed voor je elektriciteitsrekening, maar je ogen zullen je dankbaar zijn. Eco-modi en omgevingslichtsensoren kunnen je misschien wat euro's besparen, maar ze zullen je kijkervaring verminderen. Zeker als je 2.000 euro uitgeeft aan een nieuwe OLED TV, is het gewoon zonde om de eco-modus te gebruiken om enkele euro's van je elektriciteitsrekening af te schaven.
OLED TV's hebben grote sprongen gemaakt de voorbije jaren met allerlei innovaties, zoals QD-OLED en MLA (Micro Lens Array), om de helderheid te verhogen zodat ze kunnen concurreren met QLED en mini-LED TV's. Waarom zou je al die verbeteringen dan teniet doen met energiebesparende instellingen? Als je gevoelige ogen hebt, kan ik begrijpen dat je je tv 's avonds in een wat wil dimmen, maar op elk ander moment wil je elk beetje helderheid ten volste benutten.
Bram is de hoofdredacteur van TechRadar Benelux en is al jarenlang een trouwe Android-gebruiker. Hij schrijft met plezier over alles wat met consumententechnologie te maken heeft. Na het werk vind je hem gewoonlijk voor zijn Nintendo Switch, al dan niet met een glas rosé erbij.